"Ice cream man" by VanHalen

6 augustus 2018 - Burlington, Vermont, Verenigde Staten

Op naar Burlington. De grootste stad van Vermont. Wat op zich niks zegt, want met Burlingon wall art600.000 inwoners in heel Vermont, zal de grootste stad niet heel groot zijn. Burlington ligt aan het mooi Lake Champlain en dat schijnt gezellig te zijn. 

B & JWe rijden twee uur door laaggebergte en het blijft oneindig groen. Zelfs als we zin hebben in koffie blijkt dat er nauwelijks leven is langs de snelweg (in ieder geval geen koffie). Wel komen we veel borden tegen die waarschuwen voor overstekende Beren en “Mooses”. Maar meer dan een dood wasbeertje langs de kant van de weg hebben we niet gezien.

We stoppen even vlak voor Burlington bij de ijsfabriek van Ben & graveJerry. Ooit begonnen in een benzinestation in Burlington, nu één van de grootste ijsfabrieken van de wereld. Het blijven een beetje hippies, want ondanks dat ze de boel verkocht hebben aan Unilever, hebben ze wel geëist dat ze een eigen raad van bestuur hebben die als taak hebben het sociale statuut als pitbulls te bewaken. En dat betekent dat melk en andere ingrediënten zoveel als mogelijk plaatselijk worden ingekocht, het allemaal een beetje verantwoord is en een deel van de opbrengst naar goede doelen gaat (waaronder naar betere verdeling van welvaart). Hun namen van ijssoorten hebben ook allemaal vreemde namen. Soms mislukt een combinatie van smaken of wordt die vanwege te kort aan vraag van de markt gehaald. Die smaken kregen een grafzerk op het smakenkerkhof achter de fabriek.

Maar wij krijgen een korte rondleiding door een jonge Amerikaanse door de eerste fabriek. Die ligt nu stil omdat ze verplicht zijn de hele fabriek elke 72 uur volledig te reinigen.

De dame die ons rond leidt is in haar grappen net zo flauw als de namen van de Ben en Jerry ijsjes. Maar ze neemt het zelf gelukkig ook allemaal niet te serieus. Zekers als ze merkt dat twee opgeschoten knullen als vorm van flirt al haar grappen bij voorbaat saboteren. Oke, 1 grapje dan: waarom dragen koeien geen slippers (in het Engels dan hè): They Lactose. Dat nivo. Na een kijkje in de fabriek en een filmpje, mogen we proeven. “Gimme s’More” heet het ijsje, een combinatie van ijs, marshmallows, chocola en koekjes (= s’mores in Amerika)

DeckWe lunchen in Burlington aan de haven met uitzicht op het Lake. Prachtig. En verkennen de stad kleine maar gezellige stad (er wonen inderdaad maar 40.000 mensen, waarvan de helft student aan de Universiteit hier). Maar na anderhalf uur in 35 graden lopen in een stad is alle energie uit ons lijf. We rijden naar ons Motelletje, de T-Bird Motor Inn.
Burlingon colorDat soort motelletjes kan ik me altijd al op verheugen. Het zijn gewoon een aantal eenvoudige kamertjes op een rij, waarbij je steevast je auto tot ongeveer de hoteldeur kunt parkeren. In dit geval zijn het twee lange rijen kamers. Voor de entree staat een knalrode Thunderbird, de naamgever van het hotel.

Maar de receptie is altijd de hoofdattractie. Achter de receptiebalie zit een graatmagere man. Zijn kleding valt zeer ruim om hem heen.

Het receptiehokje heeft een blauwgroen jaren 70 tapijt en de balie is gemaakt van een gefineerde houtsoort die je nu nergens meer kunt krijgen. Het hele hokje staat aan onze kant vol met folderrekken. 

Thunderbird

Achter de man staat een viesbeige computerscherm van het soort dat nog 40 centimeter diep is.

Bij de deur staan een Coca-Cola-machine en een donkerblauw roestig ijsblokjes-apparaat.Je kan de oude man  bijna niet omdat de balie waaraan wij staan veel hoger is en hij laag zit. Zijn kunstgebit is zo breed ten opzichte van zijn ingevallen gezicht dat het bijna zijn wangen uitsteekt en hij er een beetje van slispelt. 

Hij maakt een paar onverstaanbare grappen en legt een houten plankje met klem op de balie. Daarop ligt een papiertje waarop Erica onze namen moet invullen. Dat hij deze allang heeft op de digitale reservering doet er blijkbaar voor zijn systeem net meer toe. We krijgen een grote koperachtige sleutel mee en moeten om het pand heer rijden. Volledigheidshalve meldt hij nog even dat we de auto pal voor onze deur kunnen parkeren. Voor het ontbijt verwijst hij ons naar een bouwval enkele honderden meters verderop. Een blauw gebouw in de vrom van een (soort van ) molen, met daarop witte letters "Dutch Mill".

 De kamer is weer ouderwets “Motel”. Donkergroen tapijt, 2 grote bedden met dikke geribbelt spreien, gefineerd houten meubelen, plastic bekers, kunstbloemetje op tafel, twee vaal paarse stoelen met houten leuningen, koelkast in de badkamer, 2 schemerlampen met beige stoffen kappen met plooien, bloemetjesgordijn en een airco met een geluid van een laag over vliegend vliegtuig. Gelukkig, het voldoet aan alle clichés.

Voor het avondeten gaan we naar de plaatselijke supermarkt en kopen onze picknick picknickin en eten die op aan de rand van Lake Champlain.

We rijden nog een eindje op voor druivenijs van de ijsmaker “Sisters of Anarchy” een boer die zijn ijs zo genoemd heeft omdat het hem niet lukte zijn 3 boerendochters in de tang te krijgen en naar hem te laten luisteren. Heerlijk ijsje.

En nu slapen. Morgen een dagje cultuur opsnuiven in het mooie museum van Shelburne.​​

Foto’s

1 Reactie

  1. Caroliene:
    7 augustus 2018
    Leuk verhaal
    toevallig las ik deze week dat stuk van b en j in het boek van Mart Smeets mijn amerika